Wapenboek van de Belgische adel

ARENBERG (van)

Bibl.: POPLIMONT, Belgique héraldique: 1(1863) 173-212; GOETHALS, Ono-masticon(1864) 55-65; de HERCKENRODE, Nobiliaire: 3 (1868) 1225-1238; ANB (1851) 257-271, (1900) I, 6-10; de RENAIX, Tableau (1915); de LIGNE, Études généalogiques(1921-1927); LALOIRE, Généalogie d'Arenberg (1940); NEU, Das Herzogtum Aremberg (1942); Maison d’Arenberg. Inventaire des archives publiques françaises et bibliographies (1968); DE-SCHEEMAEKER, Histoire de la maison d'Arenberg (1969); MANGANO-le ROY, Inventaire d’Enghien (1973); EPN (1984) 98-99; Von ARENBERG, BÔHN, e.a., Die Arenberger:1 (1987); Genealogisches Handbuch 90 Fürstliche Häuser XIII (1987) 114-128.

Afbeelding

 

Afbeelding

Wenen, 5 maart 1576. Keizer Maximiliaan II

Verheffing tot prinselijk graafschap van het Westfaalse graafschap Arenberg en verlening van deze waardigheid aan gravin Margaretha van der Marck en van Arenberg, weduwe van Jan van Ligne, aan haar zoon Karel van Arenberg alsmede aan diens broers en zusters.

Wapens: geen beschrijvingen en tekeningen bekend.

Bronnen: HHStA RR/MII.9, 538.

Op 5 maart 1576 verleende Maximiliaan II, keizer van het Heilig Roomse Rijk, aan het rijksgraafschap Arenberg de titel van prinselijk graafschap.

Afbeeldingen: Keizerlijke oorkonde waarin het graafschap Arenberg de prinselijke titel krijgt, waardoor Arenberg een prinselijk graafschap krijgt.

 

 

Afbeelding

 

Wenen, 9 juni 1644. Keizer Ferdinand III

Wenen, 9 juni 1644. Keizer Ferdinand III.
Verheffing tot hertogdom van het prinselijk graafschap Arenberg, met alle regale rechten en zitting in de Rijksdag van het Rijk, en verlening van deze titel aan Philips Frans, graaf van Arenberg, hertog van Aarschot enz. en aan zijn broer Karel Eugenius, alsmede aan hun neven Philippe en Albert. De titel is overdraagbaar aan alle afstammelingen van de naam.
Wapens: geen beschrijvingen en tekeningen bekend.
Bronnen: HHStA RR/Fe III.1, 373v.

Op 9 juni 1644 verleent Ferdinand III, Keizer van het H. Roomse Rijk, aan het prinselijk graafschap Arenberg de titel van hertogdom.

Afbeeldingen: Keizerlijke oorkonde waardoor het prinselijk graafschap Arenberg tot hertogdom wordt verheven.

Afbeelding
Afbeelding

Bayonne, 26 april 1808. Keizer Napoleon I. Verlening van de persoonlijke titel van graaf van het Empire met toekenning van een grijsgroen livrei met scharlaken en wit, aan senator Lodewijk Engelbert Marie Joseph Augustijn van Arenberg.
Wapens: "vrijkwartier van een senator, [gekwartierd], [in] het eerste kwartier van de senaat met sinopelrand, [in] het tweede van goud, [in] het derde van goud met een geschakeerde faas [van]zilver en goud, [in het vierde] met bekken met drie gouden mispels, twee en een."
Bronnen: ANP CC.240, 68 & MJP CS.96, 23.

Hannover, 8 mei 1826. George IV, koning van het Verenigd Koninkrijk, als koning van Hannover.
Verheffing tot hertogdom Arenberg-Meppen van het Hannoveraanse deel van Meppen en verlening van deze titel aan de regerend prins en hertog Prosper Lodewijk van Arenberg (zoon van de vorige), met erkenning van de titel Doorluchtigheid voor deze zelfde en voor alle afstammelingen van de naam. Dit laatste besluit werd genomen op grond van de verordening van de Bondsdag van de Duitse Statenbond van 18 augustus 1825.
Wapens: geen beschrijvingen en tekeningen bekend.
Bronnen: GH, 115.

Koninklijk besluit, 21 februari 1832. Frederik Willem III, koning van Pruisen.
Erkenning van de titel Doorluchtigheid (overdraagbaar aan de eerstgeborene) voor de (bovengenoemde) prins en regerend hertog Prosper Lodewijk van Arenberg. Dit besluit werd genomen op grond van de verordening van de Bondsdag van de Duitse Statenbond van 18 augustus 1825.
Bronnen: GH, 115.

Koninklijk besluit, 3 maart 1833. Frederik Willem III, koning van Pruisen. Verlening van de titel Doorluchtigheid aan alle afstammelingen van de (bovengenoemde) prins en regerend hertog Prosper Lodewijk van Arenberg. Dit besluit hield een uitbreiding van het vorige besluit, in en werd eveneens genomen op grond van de verordening van de Bondsdag van de Duitse Statenbond van 18 augustus 1825.
Bronnen: GH, 116.

Keizerlijk besluit, 22 februari 1847. Ferdinand I, keizer van Oostenrijk. Erkenning van de titel Doorluchtigheid van de (reeds genoemde) regerende prins en hertog Prosper Lodewijk Louis van Arenberg en al zijn afstammelingen. Dit besluit werd genomen op grond van de verordening van de Bondsdag van de Duitse Statenbond van 18 augustus 1825.
Bronnen: GH, 116.

Brussel, 16 juli 1953. Koning Boudewijn.
Erkenning van de adelstand en van de titel van prins, overdraagbaar aan alle afstammelingen van de naam, met toestemming tot het dragen van de titel Doorluchtigheid, aan Eberhard Engelbert Antonius van Arenberg.
Wapens: "bekken met drie gouden mispelbladen, doorboord door het veld. Het wapenschild met de hertogsmuts van het Heilige Rijk wordt ter rechterzijde gedragen door een goudgekroonde leeuw en ter linkerzijde door een goudgekroonde griffioen. Het geheel is geplaatst op een mantel met de wapens van het wapenschild, gevoerd met hermelijn, met goud afgezet en ingevlochten en voorzien van gouden kwasten, waarop geplaatst de muts van de soevereine hertog, gevoerd met bekken, opgetrokken met hermelijn met vijf bogen, bedekt met parels en een azuren bol, omcirkeld en gekruist met goud. Wapenspreuk: "Christus protector meus" in gouden letters op een tekstband met bekken."
Bronnen: AE D.15, 314 & M.13, 50.

Terug naar "Het Huis Arenberg"